(1988) Mijn naam is Pieter Peen Ik ben een fenomeen De knapste kop van alle knappe koppen Ik heb een plastic huis Met zwevende fauteuils Met roltrappen, met chips en heel veel knoppen Ik vind uit, ik ben een uitvinder Da’s mijn liefhebberij Als je vragen hebt, dan kom je maar bij mij Hé, professor Kom, professor Vind nog ’ns wat uit Hé, professor Toe, professor Neem ’s een besluit Maak een robot die de hond uitlaat Of eentje die kan strijken Een sportfiets die vanzelf gaat Een spiekbril om mee af te kijken Kom, Een kompjoeter Die gefoeter Kan verand’ren in gefluit Hé professor, fessor, fessor Vind nog eens iets uit Ik wacht op een idee Hier in m’n atelier En ik begin te boren en te schaven Als iemand informeert Waar heb je dat geleerd? Dan zeg ik: “Ach, het is gewoon een gave Ik vind uit, ik ben als uitvinder Een absolute kei Wie problemen heeft, die meldt zich maar bij mij” Hé, professor Kom, professor Vind nog ’ns wat uit Hé, professor Toe, professor Neem ’s een besluit Maak een stoplicht dat op ’rijen’ floept Een spiegel die kan liegen Een spaarpot die rijksdaalders poept Een bed dat door de lucht kan vliegen Kom, Maak ’s fluitjes Waardoor spruitjes Transformeren in beschuit Hé, professor, fessor, fessor Vind nog eens iets uit Hé, professor Kom, professor Wondertherapeut Hé, professor Toe, professor Vind nog ’ns wat uit Ach, er liggen zoveel wensen klaar Er zijn nog zoveel dromen Dat ik daar zelfs in duizend jaar Waarschijnlijk niet aan toe zal komen Tjaaa... Want dat klaagt maar En dat vraagt maar En dat tikt maar op m’n ruit Hé, professor Kom, professor Zeg, professor Toe, professor Ach, professor, fessor, fessor Vind nog eens iets uit Muziek: Joop Stokkermans / Tekst: Ivo de Wijs |